Bosbloedbij

Sphecodes ephippius






De Bosbloedbij Sphecodes ephippius bewoont vlakke, met kruiden begroeide delen van bosranden, ruigten of schrale graslanden op droge zand-, lichte zavel- of lössgrond. De term “bos” in de naam is dus niet zo toepasselijk gekozen.
Het vrouwtje heeft een zeer korte beharing op de schuine voorzijde van tergiet 1. De bij is sterk gepuncteerd op de rug en heeft een donkere achterlijfspunt. De bij meet 5 tot 8 mm.

Deze bij vliegt van begin april tot half oktober op verschillende planten zoals composieten, Ganzerik-soorten Potentilla species, Honingklaver Melilotus species, schermbloemigen, Struikhei Calluna vulgaris en Wilg-soorten Salix species. De volwassen vrouwtjes overwinteren.

Deze parasitaire bij heeft de Matte Bandgroefbij Lasioglossum leucozonium en waarschijnlijk ook de Breedkaakgroefbij Lasioglossum laticeps, de Blokhoofdgroefbij Halictus maculatus en de Parkbronsgroefbij Halictus tumulorum als gastheren.