Haagwinde
Convolvulus sepium
De Haagwinde
Convolvulus sepium
groeit van nature in rietkragen. We vinden de plant evenwel ook in vochtige bosjes, bosranden, heggen en ruigten. Deze plant wordt gekenmerkt door de windende stengels, waarmee ze woekert op andere begroeiingen. De plant draagt van juni tot november trompetvormige, witte of lichtroze bloemen, die tot 5 cm breed kunnen zijn. De bloemen geuren niet, maar zijn wel rijk aan nectar en worden dan ook graag bezocht door hommels, bijen, vliegen en vlinders.
Vooral de Windepijlstaart
Agrius convolvuli
is duidelijk sterk op deze plant gespecialiseerd. Het is zowel een voedselplant als één van de waardplanten van deze vlinder.
De Haagwinde bezit een wortelstok.
MENU
HOME
OVER DEZE SITE
NUTTIGE LINKS
ZOEK
DOSSIERS
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z