Katwilg

De Katwilg Salix viminalis is een vrij algemene boom die 3 à 4 m hoog wordt. Hij groeit vooral langs beken en rivieren en op zonnige plaatsen aan de rand van wilgenbossen. Hij wordt vaak aangeplant ter oeverversteviging. Nieuwe bomen ontstaan wanneer men een 3 m lange tak ongeveer 1 m in de grond steekt en elke 2 of 3 jaar de hoger opgegroeide delen terug te snoeien.

In maart en april draagt de boom mannelijke gele katjes en vrouwelijke groene katjes. De bloembladen zijn gereduceerd. De bladeren zijn lancetvormig, vaak meer dan 10 cm lang en gaafrandig. Onderaan zijn ze zilverwit behaard.
De bast van deze boom wordt graag gegeten door vee.

De Katwilg is de belangrijkste waardplant van de vlinder Wilgenwespvlinder Synanthedon formicaeformis.

Het is één van de waardplanten van de vlinders Rood Weeskind Catocala nupta, Populierenpijlstaart Laothoe populi, Brandvlerkvlinder Pheosia tremula, Bruine Wapendrager Clostera curtula, Roesje Scoliopteryx libatrix, Satijnvlinder Leucoma salicis, Snuitvlinder Pterostoma palpina, Witte Hermelijnvlinder Cerura erminea, Zwart Weeskind Mormo maura en Pauwoogpijlstaart Smerinthus ocellatus.

De Katwilgbladrandwesp Phyllocolpa scotaspis en de Platte Wilgtakbladwesp Euura angusta vormen gallen op deze boom.