Kielstaartkegelbij
Coelioxys alata
De Kielstaartkegelbij
Coelioxys alata
is een bij met een lengte van 11 tot 14 mm. Sterniet 5 is bij het vrouwtje sterk verbreed. De clypeus en het gezicht zijn dicht roodgeel behaard; de haarbanden op de tergieten zijn vaag. Bij het mannetje zijn de 2 binnenste doornen van tergiet 6 vergroeid tot één lange tweepuntige doorn. De zijkanten van tergiet 2 hebben 2 lange, smalle groeven. De clypeus en het gezicht hebben bij het mannetje een geelwitte tot bruingele beharing.
Deze bij is zeer zeldzaam in Vlaanderen en komt vooral voor in duinstruwelen en bosranden nabij rivieren. De soort zou een voorkeur vertonen voor tamelijk vochtige biotopen.
De bij vliegt in één generatie in juli en augustus en kan onder meer worden gezien op Knoopkruid
Centaurea jacea
en Kale Jonker
Cirsium palustre.
Het is een waarschijnlijke broedparasiet bij de Distelbehangersbij
Megachile ligniseca
en de Andoornbij
Anthophora furcata
. Beide gastheerbijen zijn voor hun nestbouw (graafgangen) afhankelijk van dood hout.
MENU
HOME
OVER DEZE SITE
NUTTIGE LINKS
ZOEK
DOSSIERS
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z