Koperuil
Diachrysia chrysitis
De Koperuil
Diachrysia chrysitis
behoort tot de uiltjes. Deze vlinder heeft een lengte tot 20 mm, een vleugelspanning tot 45 mm en vliegt in 2 of 3 generaties van mei tot oktober. De voorvleugels hebben 2 metaalkleurige banden die een groene zweem kunnen vertonen. De achtervleugels zijn effen bruin.
Deze vlinder komt algemeen voor op open tot halfopen plaatsen zoals bosranden, ruderale terreinen en tuinen, ook in stedelijke gebieden. De vlinder is in de schemering en overdag actief.
De eitjes worden op de bladeren van de waardplanten Grote Brandnetel
Urtica dioica
, Gevlekte Dovenetel
Lamium maculatum
en Slangenkruid
Echium vulgare
afgezet.
De gebochelde rupsen zijn ’s nachts actief. Ze overwinteren tussen de bladeren van de waardplant.
In het voorjaar beginnen ze weer te eten en verpoppen ze zich.
De soorten van de uiltjes-groep zijn voorzien van een bijzonder gehoororgaan (het tympanaalorgaan) waarmee ze de ultrasone geluiden kunnen waarnemen van vleermuizen. Wanneer ze deze opvangen laten ze zich als “dood” neervallen op de bodem om aan hun roofvijand te ontsnappen.
MENU
HOME
OVER DEZE SITE
NUTTIGE LINKS
ZOEK
DOSSIERS
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
M
N
O
P
Q
R
S
T
U
V
W
X
Y
Z