Vroege Glazenmaker

Aeshna isoceles




De Vroege Glazenmaker Aeshna isoceles komt vooral voor in matig voedselrijke plassen, laagveenmoerassen en oude rivierarmen, met name bij verlandingsvegetaties, zelden op zandgronden bij mesotrofe wateren. Hij komt vaak voor bij matig voedselrijke vennen die gekenmerkt worden door kwel.

De wateren hebben een uitgebreide en dichte waterplanten- en oevervegetatie. Grote open watervlakken ontbreken evenwel.  Dit heeft waarschijnlijk te maken met het feit dat de leefgebieden snel moeten kunnen opwarmen zodat er ’s zomers hoge temperaturen heersen.  


Het is een grote libel die overwegend bruin gekleurd is. De voortplanting vindt vooral plaats in vegetaties met Krabbenscheer Stratiotes aloides, maar ook in allerlei verlandingsvegetaties, langs structuurrijke rietoevers en in beschut gelegen onbeschaduwde plassen.  


Momenteel (2012) zijn de vindplaatsen in Vlaanderen beperkt tot Noord-Limburg, Oost-Vlaanderen en Antwerpen.


De verdroging (ontwatering) en de verontreiniging van laagveengebieden en de omzetting ervan tot intensieve visvijvers, vormen ernstige bedreigingen. Als beschermingsmaatregel is het belangrijk om verlandingsprocessen en een natuurlijke successie over een lange termijn ongestoord te laten gebeuren.