NATUURLEXICON


Gewone Dubbeltand

Nomada ruficornis



De Gewone Dubbeltand Nomada ruficornis is een zeer algemene koekoeksbij van allerlei biotopen, zoals bosranden, dijken, heidevelden, ruigten, spoorwegterreinen en uiterwaarden.

Het vrouwtje heeft een zwarte kop met rode delen. De haren op de borststukzijde zijn tamelijk lang. Het borststuk is voor de rest zwart met rode delen. Het achterlijf is bruinrood met gele vlekken of banden. De achterlijfssegmenten zijn vaak vooraan en achteraan zwart.  

De kop en het borststuk van het mannetje zijn vrijwel geheel zwart, met rode en gele delen. Het mannetje is sterk behaard op de borststukzijden. Het achterlijf heeft gele banden.

De bij meet 7 tot 11 mm en vliegt van eind maart tot half juni.

De bij bezoekt de bloemen van Wilg-soorten Salix species, Gewone Paardenbloem Taraxacum officinale, Fluitenkruid Anthriscus officinale, Look-zonder-look Alliaria petiolata, Tuinjudaspenning Lunaria annua, Kruipwilg Salix repens, Vogelmuur Stellaria media, Winterbloeiende Heide Erica carnea, Leeuwentand-soorten Leontodon species, Madeliefje Bellis perennis, Sleedoorn Prunus spinosa en Akkervergeet-mij-nietje Myosotis arvensis.     

Deze koekoeksbij parasiteert waarschijnlijk bij het Roodgatje Andrena haemorrhoa.

Home