NATUURLEXICON


Goudpootzandbij

Andrena chrysosceles


De Goudpootzandbij is een vrij zeldzame zandbij met een grootte van 8 tot 10 mm.

Het vrouwtje heeft een lichtbruine, korte beharing op het borststuk. Het achterlijf is vrijwel kaal. Tergieten 2 tot 4 hebben witte - in het midden onderbroken -haarbandjes; de laatste 2 tergieten zijn oranje behaard. Het achterlijf is sterk glanzend. De zijkanten zijn wit behaard. De poten zijn deels oranje gekleurd.

Het mannetje heeft een kop met een gelig kopschild met 2 zwarte stippen. Het gezicht is geelbruin behaard. Het borststuk heeft een lichtbruine, korte beharing. Het achterlijf is vrijwel kaal. Haarbandjes zijn niet echt duidelijk. De laatste 2 tergieten zijn oranje behaard. Het achterlijf is sterk glanzend. De zijkanten zijn wit behaard. De poten zijn deels oranje gekleurd.

De bij bezoekt verschillende bloemen (polylectisch), maar is vaak op schermbloemigen te vinden. Vaak ziet men de bij op Dolle Kervel Chaerophyllum temulum, Gewone Berenklauw Heracleum sphondylium, Zevenblad Aegopodium podagraria maar ook wel op Boterbloem-soorten Ranunculus species, Meidoorn-soorten Crataegus species, Kool-soorten Brassica species, Madeliefje Bellis perennis en Gewone Paardenbloem Taraxacum officinale.

De bij vliegt in 1 generatie van maart tot begin juli.

Mannetjes kunnen vroeger uit hun overwinteringsplek komen, bijvoorbeeld bij mooi herfstweer.

Deze bij komt in verschillende biotopen voor, ook in stedelijk gebied, en nestelt ondergronds, doorgaans in weinig begroeide bermen en akkerranden. Er zijn wel al nesten aangetroffen in  dichtbegroeide hellingen in parken.

Deze bij heeft als broedparasiet de koekoeksbij Roodzwarte Dubbeltand Nomada fabriciana.

Home