NATUURLEXICON


Herfsttijloos

Colchicum autumnale   


De Herfsttijloos Colchicum autumnale is een merkwaardige plant.

In het voorjaar groeien er vanuit een ondergrondse knol Daslook-achtige bladeren. Deze bladeren sterven weer af. Pas in het najaar, in september-oktober komen er ongesteelde alleenstaande roze krokusachtige bloemen uit de knol, zonder bladeren. De vrucht levert talrijke platte zaadjes. De zaadjes zijn voorzien van een zogenaamd “mierenbroodje”, een kleverig aanhangsel. In de lente barsten de zaadjes uit hun zaaddoos en worden door mieren meegenomen.

De plant groeit vooral op een zanderige en kalkarme bodem.

Het is een goede drachtplant voor bijen.

Door de aanwezigheid van colchicine is deze plant dodelijk giftig. Ze wordt dan ook normaal gezien door vee gemeden.

De hoogste concentraties zitten in de rijpe zaden en in de bol. Inname van deze plant (vooral de zaden) leidt bij de mens tot een brandend gevoel in de mond, de keel en de maag, overvloedige speekselvorming, misselijkheid, braken, darmkrampen, buikloop, verlammingen of de dood.

De giftigheid geldt in het bijzonder voor huisdieren. Het gif is een zogenaamd stapelgif. De effecten van het gif worden erger naarmate er door huisdieren vaker aan de plant wordt geknabbeld.

Inname door paarden, runderen en schapen leidt tot verlies van eetlust, overmatige speekselvorming, duizeligheid, bloederige diarree, nierontstekingen, braken, kolieken, inwendige bloedingen, maag-darmontstekingen en er kan sterfte optreden na 1 tot 3 dagen. De behandeling zal symptomatisch gebeuren in combinatie met tannine.

De plant wordt veel gekweekt in tuinen. In de natuur komt ze voor op vochtige bodems in weiden en uiterwaarden. De bodem moet voedselrijk zijn.     

Home