NATUURLEXICON


Huiszwaluw

Musca domestica  


De Huiszwaluw  Delichon urbica meet 13 cm en komt bij ons voor van april tot november. De onderzijde en de stuit zijn wit, de bovendelen zijn blauwzwart. De staart is ondiep gevorkt.

De Huiszwaluw maakt halfbolvormige nesten van leem met een invlieggat onder de dakgoot van gebouwen. Oorspronkelijk bouwden deze vogels hun nesten tegen kliffen en rotswanden. Menselijke bouwwerken hebben deze rotsen vervangen. In het nest worden 4 of 5 glanzend witte eieren gelegd. De Huiszwaluw broedt tussen mei en augustus en dit 2 keer per jaar telkens gedurende ongeveer 20 dagen. De jongen blijven een drietal weken in het nest. Beide ouders broeden en voederen de nestjongen.

Het voedsel bestaat vooral uit insecten; er bestaan (zeldzame) waarnemingen van vruchtenetende Huiszwaluwen, die zich te goed deden aan de vruchten van Gewone Vlier Sambucus nigra en Meidoornsoorten Crataegus species.

Deze vogel houdt van uitgestrekte landschappen met voldoende water zoals vijvers, waterlopen en moerassige gebieden. Hij jaagt boven weiden en akkerland. Sinds de jaren 1970 is de soort met 20 tot 50 % achteruitgegaan. 

De broedkolonies worden kleiner door de teruglopende insectenstand, door het omlaag vallen van de nesten door trillingen van autoverkeer, maar ook door het gebrek aan natte, lemige modder om nesten van te bouwen.

De modder wordt verzameld bij poelen en sloten, in plassen op grasvelden en op modderige bermen 

De modder die wordt gehaald blijkt vaak van slechte kwaliteit te zijn vooral als deze komt uit dakgoten of van platte daken. Vaak is de modder met roet vervuild. Bij drogen worden de nesten broos zodat ze gemakkelijk uiteen vallen.

De aanleg van modderpoelen in een omgeving van gevels waar de Huiszwaluw vaak broedt kan soelaas brengen.

De poelen moeten wel constant nat worden gehouden.

Het verdwijnen van geschikte broedlocaties en koude en natte lentes doen ook veel legsels verloren gaan.

Doordat de zwaluwen soms huisgevels bevuilen, worden veel nesten weggenomen. Ook door het gebruik van nieuwe, gladde bouwmaterialen of beschildering kunnen Huiszwaluwen hun nest niet meer vasthechten.

Bij Vogelbeschermingsverenigingen zijn er zeer goede kunststofnesten te verkrijgen die men tegen de gevel van de woning kan aanbrengen. Het eenvoudig aanbrengen van een plank onder houten dakgoten kan ervoor zorgen dat deze vogels een mooi nestje kunnen bouwen, zonder dat het naar beneden valt of zonder dat er mest op de stoep terechtkomt. Vooral als er weinig modder in de omgeving te vinden is, kunnen de kunststofnesten helpen.   

De aanwezigheid van de kunststofnesten moedigt andere Huiszwaluwen aan om zelf een echt nest te bouwen naast het kunstmatige en zo misschien een kolonie te vormen. Klei en modder kunnen tot een kilometer ver worden gehaald. Met veertjes, katoen of wol, die de vogels in de omgeving vinden, worden de nesten verder aangekleed.

Zandstraalwerken van gevels met zwaluwennesten mogen niet in het broedseizoen gebeuren.

De Huiszwaluw is gebaat bij de aanleg van modderpoelen in de nabije omgeving van potentiële nestplaatsen.

De achteruitgang van de Huiszwaluw is vooral te wijten aan een gebrek aan huisvestingsmogelijkheden. De terugval blijkt immers sterker te zijn in stedelijke milieus dan in agrarische gebieden.   

Verder kent deze vogel ook problemen in de overwinteringsgebieden, bijvoorbeeld het toegenomen gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen.

Natuurlijke vijanden van de Huiszwaluw zijn de Sperwer Accipiter nisus en de Boomvalk Falco subbuteo.

Home