NATUURLEXICON


 Kameelhalsvlieg  

Phaeostigma notata   


De Kameelhalsvlieg Phaeostigma notata meet 15 mm en heeft een vleugelspanning tot 4 cm. Het is een zwart insect met een halsachtige verlengde prothorax. De vleugels worden in rust dakvormig gevouwen en hebben een netwerk van aders, die aan de rand gevorkt zijn. De langgerekte kop is naar achteren toe versmald. Het vrouwtje bezit een lange, dunne legbuis.

Deze soort is van april tot augustus te zien op boomschors en in struiken in zonnige bossen, bij bosranden en in tuinen. De Kameelhalsvlieg jaagt op bladluizen, schildluizen en schorskevers en hun larven.

Deze soort vliegt zelden.

Bij het jagen is de soepele nek zeer handig om de prooien met de bijtende monddelen te grijpen.

Na de paring boort het vrouwtje de eieren onder boomschors. De larve is aan de voorzijde versmald en afgeplat en leeft onder boomschors of rond de wortels van struiken.

De larve voedt zich met dezelfde prooien als de volwassen dieren.

De larvale ontwikkeling duurt 2 tot 3 jaar. Na de laatste overwintering verpopt de larve zich onder schors in een zeer beweeglijke pop, die vlak voor de vervelling langs de schors omhoog kruipt, zich met klauwen vastzet en vervelt tot een volwassen Kameelhalsvlieg.


Home