NATUURLEXICON


Koperuil

Diachrysia chrysitis   


De Koperuil Diachrysia chrysitis behoort tot de uiltjes. Deze vlinder heeft een lengte tot 20 mm, een vleugelspanning tot 45 mm en vliegt van mei tot september. De voorvleugels hebben 2 metaalkleurige banden die een groene zweem kunnen vertonen. De achtervleugels zijn effen bruin.

Deze vlinder komt algemeen voor op open tot halfopen plaatsen zoals bosranden, ruderale terreinen en tuinen, ook in stedelijke gebieden. De vlinder is in de schemering en overdag actief.

De eitjes worden op de bladeren van de waardplanten Grote Brandnetel Urtica dioica, Gevlekte Dovenetel Lamium maculatum en Slangenkruid Echium vulgare afgezet.

De gebochelde rupsen zijn ’s nachts actief. Ze overwinteren tussen de bladeren van de waardplant.

In het voorjaar beginnen ze weer te eten en verpoppen ze zich.  

De soorten van de uiltjes-groep zijn voorzien van een bijzonder gehoororgaan (het tympanaalorgaan) waarmee ze de ultrasone geluiden kunnen waarnemen van vleermuizen. Wanneer ze deze opvangen laten ze zich als “dood” neervallen op de bodem om aan hun roofvijand te ontsnappen.


Home