NATUURLEXICON



Oorwormen zijn ’s nachts actief en verschuilen zich overdag in donkere hoekjes en spleten. Ze leven van allerlei plantaardig en dierlijk afval.


De soorten

De Gewone Oorworm (Forficula auricularia) komt vrijwel overal algemeen voor onder allerlei afval, stenen, molm, vergane bomen en dikwijls in bloemen. Dit nachtelijk actieve dier voedt zich met plantendelen en zachte levende en dode insecten, zoals bladluizen. In tuinen kan dit diertje wel Dahlia’s, bessen en aardbeien aanvreten. Reeds in de winter legt het vrouwtje eitjes in een holletje in de grond. De jongen zoeken in de buurt naar voedsel, maar keren steeds weer naar de moeder terug. Men kan het hele jaar door volwassen dieren en jongen aantreffen. Het dier kan vliegen, maar doet dit zelden. Het is een nachtdier. Deze soort eist een bepaalde vochtigheid. Het is een kosmopoliet, die voor de mens volkomen ongevaarlijk en onschadelijk is. In de stad vinden we hem vaak onder de schors van bomen en onder stenen.


Home


- Dossier -

Stadsnatuur


- Deel 2 -

De soortendiversiteit in de stad

- Oorwormen -

Terug naar de startpagina van dit dossier