NATUURLEXICON



Waaiervleugeligen zijn zeer kleine insecten waarvan de jeugdstadia parasieten van andere insecten zijn. Volwassen mannetjes leven vrij. De vrouwtjes blijven parasitair leven. Ze zien eruit als maden en blijven binnen de larvenhuid. Als gastheer hebben ze meestal wespen en bijen.


De soorten

De waaiervleugeligen Stylops species komen voor op zonnige plaatsen, langs wegen en bij steilwanden, op de plaatsen waar zandbijen, vooral van het geslacht Andrena,  nestelen. Het mannetje heeft waaiervormige achtervleugels. Het vrouwtje leeft verborgen in het achterlijf van zandbijen.  Stylops-soorten doorlopen namelijk hun ontwikkeling in het lichaam van Zandbijen. Ze verpoppen in het achterlijf en hechten zich met de achterlijfspunt tussen de achterlijfssegmenten van de bijen.  De poppen zien eruit als tonnetjes, zoals bij vliegen. Het vrouwtje heeft geen poten, ogen of voelsprieten. Het mannetje vervelt wel tot een gevleugeld insect. Het leeft slechts een paar uur en eet niet. Het mannetje kan vliegen met de waaiervormige achtervleugels; de voorvleugels zijn rudimentair en zoekt een bij met vrouwtjes. Na de paring produceert het vrouwtje enkele duizenden zeer kleine larfjes in haar lichaam. Deze verlaten het lichaam van het vrouwtje en worden door de zandbij naar bloemen gevoerd. Op de bloemen kunnen de larven verkruipen naar een andere zandbij en laten ze zich naar het nest van die bij vervoeren. In het nest dringen de larven een bijenlarve binnen en ontwikkelen ze zich daarin. Later ontwikkelen ze zich verder in de bijenpop en in de bij zelf tot een volwassen waaiervleugelige. Zandbijen die geparasiteerd worden door deze Stylops-soorten worden doorgaans door deze laatste gecastreerd. Ze maken dan in het voorjaar geen nest.

Home


- Dossier -

Stadsnatuur


- Deel 2 -

De soortendiversiteit in de stad

- Waaiervleugeligen -

 

Terug naar de startpagina van dit dossier