NATUURLEXICON


Tuimelaar

Tursiops truncatus


De Tuimelaar Tursiops truncatus is uit Vlaanderen verdwenen.

Deze dolfijn bereikt een lengte van 3,60 m. Hij heeft een sikkelvormige hoge rugvin en een korte, kenmerkende flesvormige neus. De bovenkant is leiblauw tot grijs. Hij springt soms metershoog boven het water uit. Hij gebruikt verschillende geluiden ter communicatie en echopeiling. Tot in de jaren 1960 was deze dolfijn een bekende verschijning aan de Noordzeekust. Deze dolfijn werd in de jaren 1980 en in 2010 nog opgemerkt aan de Vlaamse kust. Hij komt nog voor aan de kusten van Schotland en Noord-Engeland.

Paring, bevruchting, geboorte en zoogtijd spelen zich onder water af.  De Tuimelaar voedt zich bij voorkeur met haringsoorten.

De oorzaak van de achteruitgang is vermoedelijk te wijten aan de waterverontreiniging. Ook overbevissing en sterfte door verdrinking in netten zal een rol hebben gespeeld.

Tegenwoordig komen in de gehele Noordzee als regelmatig voortplantende populatie nog slechts circa 130 tuimelaars voor in de Schotse wateren (Moray Firth). In Frankrijk, Wales en Ierland leven ook nog enkele honderden dieren in de kustwateren, verdeeld over kleine groepen van veelal niet meer dan 20 dieren.

De soort is gevoelig voor bevissing met netten, onderwatergeluiden en -trillingen en watervervuiling.

Een combinatie van een beperkte vestigingscapaciteit en het zeer verspreide voorkomen van kleine populaties vergroot de kans op genetische verarming en verdwijnen. Er lijken in Europa geen grote bronpopulaties aanwezig te zijn van waaruit nieuwe of opnieuw gebieden gekoloniseerd kunnen worden.


Home