NATUURLEXICON


Walstrobremraap

Orobanche caryophyllacea


De Walstrobremraap Orobanche caryophyllacea behoort tot een familie van wortelparasieten die met hun stengelvoet volledig op de wortels van een andere plant zijn vastgegroeid.

De plant is zowel voor de suikers als voor de minerale voedingsstoffen afhankelijk van de gastheer. Het kiemplantje boort zich reeds meteen in deze wortel. De stengels zijn niet groen en dragen schubben in plaats van bladeren. De zaden worden door de wind verspreid. De kiemplantjes kunnen zich alleen ontwikkelen als ze in aanraking komen met de wortels van een plant die als gastheer geschikt is.

De Walstrobremraap woekert op Glad Walstro Galium mollugo en Geel Walstro Galium verum en zelden op composieten of andere planten.

Ze groeit op zonnige droge plaatsen op zandige rivierdijken, in bermen en in duinvalleien met een dichte vegetatie. Deze plant bloeit in mei en juni met bruine of rood-roze bloemen. De klierhaartjes geven een anjergeur af.

Deze plant komt vooral voor in duingraslanden aan de kust. De gastheerplanten (Walstro-soorten) komen nochtans ook elders voor.

Een mogelijke verklaring hiervoor kan de volgende zijn:

De Walstrobremraap zal enkel kiemen op die plaatsen waar een geschikte gastheer aanwezig is. De gastheer scheidt bepaalde moleculen af die de kieming van de bremraap begunstigen. Die moleculen zullen waarschijnlijk enkel de kieming begunstigen onder neutrale tot basische omstandigheden. Vandaar dat we deze bremraap-soort vooral in duingraslanden aantreffen.

Home